Vruchtbaarheid en zwangerschap

Als je de ziekte van Sjögren hebt kun je gewoon zwanger worden.
Heb je anti-SSA- en/of anti-SSB-antistoffen in je bloed, dan is een controle door een gynaecoloog nodig. Die controleert de gezondheid van het ongeboren kind.

Gevolgen

De ziekte van Sjögren heeft meestal geen invloed op de vruchtbaarheid, het verloop van je zwangerschap of de bevalling.
Vrouwen die anti-SSA- en/of anti-SSB-antistoffen in hun bloed hebben, lopen een klein risico dat hun kind met een hartritmestoornis (een zogenaamde "hartblokkade") of een huidaandoening wordt geboren.

Gynaecoloog

Als je als moeder met Sjögren één van deze, of beide antistoffen hebt, stuurt je arts je tijdens de zwangerschap ten minste eenmaal voor controle naar een gynaecoloog.
Tijdens de zwangerschap wordt extra op de hartslag van je ongeboren kind gelet.
Als de hartslag te laag is, krijg je mogelijk een corticosteroïd om blijvende vertraging van de hartslag te voorkomen.
Behandeling is echter niet altijd nodig. Mocht je kind toch met een lage hartslag geboren worden, dan kan op iets latere leeftijd een pacemaker nodig zijn.

Kinderen van moeders die één of beide van de genoemde antistoffen aanmaken hebben na de geboorte een verhoogd risico op een huidaandoening. Hiervoor is geen behandeling nodig: de huidaandoening verdwijnt vanzelf.

Medicijnen tijdens zwangerschap

Als je een kinderwens hebt, is het belangrijk dat je dit tijdig bespreekt met je reumatoloog of immunoloog.
Als je zwanger bent, is het meestal beter om geen medicijnen te gebruiken. Vooral in de eerste 10 weken van de zwangerschap is het ongeboren kind namelijk zeer gevoelig voor de medicijnen die je inneemt.
Soms zijn je klachten echter zo ernstig dat overwogen moet worden of je beter wél medicijnen kunt gebruiken. Overleg hierover altijd met je arts.